Toekomstbeelden
Grote denkers over het onderwijs van morgen
Prof. dr. John Hattie, Michael Fullan, Robert Marzano en David Ross, CEO van P21, de organisatie achter 21st century skills, spreken zich uit over hun beeld bij het onderwijs van de toekomst, de rol van technologie in het onderwijs en hun tips & best-practices voor het onderwijs.
Prof. dr. John Hattie, Professor onderwijskunde en directeur van The Melbourne Education Research Institute aan de universiteit van Melbourne. Auteur van de bestseller Visible Learning (2009).
Welke rol speelt technologie in het onderwijs?
De afgelopen 50 jaar zijn er 140 onderzoeken geweest naar de impact van technologie op het onderwijs. Daaruit blijkt dat de effecten van technologie op het onderwijs gering zijn geweest ondanks de snelle ontwikkelingen binnen de technologie. Ik vraag mij af waarom het niet bijgedragen heeft aan beter onderwijs. Het wordt tijd dat het onderwijs wakker wordt op het gebied van technologie aangezien leerlingen veel verder zijn in het gebruik van technologie. De afgelopen 50 jaar hebben we technologie niet ten goede van het onderwijs laten komen.
Wat is uw boodschap aan de politiek?
Ontwerp een systeem waarin de expertise van docenten op een betrouwbare manier wordt vastgelegd. In veel landen inclusief Nederland ben je eenvoudigweg leraar, niet meer, niet minder. In Australië hebben we een systeem ontwikkeld dat bestaat uit vier niveaus: 1) De startende leraar; 2) De gevorderde leraar; 3) De expert leraar en 4) de teacher leader. Ik werk voor de organisatie die ervoor zorgt dat deze fasen accuraat omschreven worden.
Wat kan je ermee?
In Zuid-Australië worden docenten met een expert of lead status die ervoor kiezen op een achterstandsschool te werken beter betaald. En dat werkt uitstekend. Op achterstandsscholen worden dus posities opengesteld waar uitsluitend expert en lead teachers op kunnen solliciteren. Zo trek je mensen aan op achterstandsscholen die achtergrond en expertise waar achterstandsscholen dringend behoefte aan hebben. Dit experiment duurt nu drie jaar en werkt heel erg goed.
Als je solliciteert op een baan buiten het onderwijs, dan word je aangenomen op basis van je competenties of de vaardigheden die je bezit. In het onderwijs gaat het vooral om het aantal jaren ervaring die je hebt. Je kan 30 jaar in het onderwijs zitten en nog steeds op het niveau van een startende leraar zitten. Of je zit vijf jaar in het onderwijs en je bent een expert of lead teacher. Die verschillen moeten zichtbaar worden.
Dr. Robert Marzano, Directeur van het Marzano Research Laboratory in Centennial, Colorado. Auteur van meer dan 40 onderwijsboeken waaronder The New Art and Science of Teaching (2017).
Wat is uw kijk op technologie in het onderwijs?
Studenten moeten de basisprincipes kennen van programmeren. De cognitieve vaardigheden die bij programmeren komen kijken zijn zeer concreet en sterk. De basisprincipes van programmeren hebben alles te maken met probleemoplossend vermogen, besluitvaardigheid, onderzoekend vermogen. Dat is wat mij betreft een nieuw onderdeel van het curriculum. Ik noem het geen technologie, maar coderen, waar uiteraard technologie voor nodig is.
Ik geloof dat de mens altijd belangrijk zal zijn in het onderwijs. Maar, de docent die voor een klas van 30 leerlingen staat wordt in die rol steeds minder belangrijk. Een docent die een nieuw onderwerp aansnijdt en dat expliciteert met voorbeelden zou vervangen kunnen worden door technologie waardoor het onderwerp misschien zelfs wel beter gepresenteerd wordt.
De leraar werkt over tien jaar met individuele leerlingen in kleine groepen. De leraar is dan een ‘facilitator’ en een gids voor leerlingen in het leerproces. Leerlingen moeten betrokken worden bij hun eigen leerproces en de manier waarop ze getoetst worden. Leerlingen moeten invloed uitoefenen op dit proces en als ze dat doen, wordt het leerproces veel efficiënter voor hen.
Wat is uw boodschap aan de politiek?
Wees zeer specifiek als het gaat om vakinhoud. Definieer binnen de vakinhoud onderdelen die gemeten worden op beheersingsniveau. Er is een definieerbare set aan cognitieve en meta-cognitieve vaardigheden die binnen het curriculum onderwezen kunnen worden. Deze vaardigheden moeten gekoppeld worden aan specifieke vakinhouden, leerjaren en onderwerpen. In het verlengde hiervan bevindt zich competentiegericht onderwijs. Waarom zou je studenten niet de mogelijkheid geven om op hun eigen tempo door het onderwijs heen te gaan in plaats van leerinhouden te koppelen aan bepaalde leeftijden ongeacht of studenten er klaar voor zijn of niet of deze kennis reeds bezitten. Dit zijn de grote veranderingen die binnen handbereik liggen.
Prof. Dr. Michael Fullan, voormalig decaan aan de faculteit voor onderwijswetenschappen aan de universiteit van Toronto en auteur van tientallen boeken over leiderschap in het onderwijs waaronder Stratosphere (2012), Professional Capital (2012) en The New Meaning of Educational Change (2015).
Wat is uw kijk op technologie in het onderwijs?
Aan technologie valt niet te ontkomen. Het dringt zichzelf aan ons op. Het is overal. In iedere samenleving moet draadloos internet beschikbaar zijn. Dit is waar de wereld uiteindelijk naartoe gaat. Overheden moeten hierin investeren of het nou geld kost of niet. Miljarden mensen bezitten een telefoon. Mensen beschikken dus over apparaten om online te gaan. Geld is volgens mij geen issue om te digitaliseren in het onderwijs. Als je kijkt naar India of China zie je dat het aantal mobieltjes exponentieel groeit. De vraag is alleen hoe je deze technologie in het onderwijs gaat inzetten. De pedagogiek erachter.
Hoe ziet het onderwijs er over 20 jaar uit?
Ik denk dat het onderwijs zich meer gaat richten op de 6 C’s: Character (Persoonsvorming), Citizenship (Burgerschap), Communication, Collaboration (Samenwerken), Creativity (Creatief denken) en Critical Thinking (Kritisch denken). Dit zijn vaardigheden die de student in staat stellen altijd te blijven leren. Docenten en studenten zullen hun activiteiten inrichten om de 6 C’s heen. Het is de vraag of er in de toekomst nog een schoolgebouw is zoals vandaag de dag. Als leren realistischer wordt, een weergave van de wereld of regio waarin je woont dan zie je meer samenwerkingen en activiteiten binnen de school. Minder muren, meer als een markt in plaats van een rij klaslokalen.
David Ross, CEO P21 (Parnership for 21st Century Learning) in Washington D.C. P21 is een non-profit organisatie die samenwerkingen stimuleert tussen overheden, bedrijfsleven, onderwijs en maatschappij waarin consensus wordt gezocht over het framework van vaardigheden en kennis die essentieel zijn in de wereld van nu en morgen.
Wat is uw kijk op technologie in het onderwijs?
Wij leiden nu een generatie op die later hand in hand zal werken met kunstmatige intelligentie (AI). Hoe moeten de leraren van vandaag studenten voorbereiden op een werkomgeving die nu nog niet bestaat? Zonder enige kennis van AI? Dat baart mij zorgen.
Hoe ziet het onderwijs er over 10 jaar uit?
Er is een beweging gaande richting competentiegericht onderwijs en dat betekent mensen op hun eigen tempo door het onderwijs heen gaan (Het onderwijs kijkt naar de aanwezige competenties van ieder individu- red.). Het principe om leeftijdsgenoten allemaal bij elkaar in een klas te zetten en allemaal tegelijk dezelfde stapjes te laten maken is belachelijk. Het is niet gebaseerd op de werkelijkheid. Studenten ontwikkelen kennis en vaardigheden in hun eigen tempo en niet het tempo dat de school dicteert. Een student die het vak wiskunde in een maand afrondt heeft misschien wel 2 jaar nodig voor het vak Engels. Je praat niet meer over het jaarklassensysteem, dat zou afgeschaft moeten worden
Scholen zullen veranderen richting centra die 24 per dag ten dienste staan van de gemeenschap. Hier heeft men toegang tot gezondheidszorg, overheid, financiële faciliteiten. Een school 8 uur per dag openhouden en daarna dichtgooien is totaal niet efficiënt. De school moet het middelpunt zijn van iedere gemeenschap en daar horen ook volwassen bij. Ik hoop dus dat scholen veranderen in community centers voor mensen van alle leeftijden waar men toegang heeft tot verschillende diensten en faciliteiten.
Wat is uw boodschap aan de politiek?
Ik denk dat het goed zou zijn als iedere docent een sabbatical zou nemen om die tijd vervolgens te gebruiken voor een stage in het bedrijfsleven of non-profit sector. De overheid zou dit moeten financieren. Docenten zouden een jaar lang moeten kijken hoe het eraan toe gaat op de werkvloer van deze bedrijven. De technologische vooruitgang gaat zo veel sneller binnen deze bedrijven dan binnen het onderwijs. Daarnaast leren docenten over zaken doen, budgettering, winst maken, wetgeving, etc. Docenten nemen deze kennis de school weer mee terug in en daardoor wordt het onderwijs rijker, beter en sterker.
Recente reacties